Wonder van Bloemendaal leeft voort in Haarlem

door Ko van Leeuwen,

Soms komt iets met een grote omweg naar je toe. Vorige week vertelde ik over het wonder van Bloemendaal, over die appelboom die in 1627 nabij een Bloemendaalse boerderij werd omgezaagd en waarvan in de zaagsneden afbeeldingen van bisschoppen en van heiligen en zo te zien waren. Dat werd door de katholieken, die het toen vanwege de reformatie niet gemakkelijk hadden, gezien als de hand van God. Dat stond allemaal in een boek dat een Amerikaanse historica geschreven had.
Dus via de universiteit van Berkley, waar zij docent is, kwam dat mooie verhaal naar mij toe nadat Jaap Ploos van Amstel mij er op attendeerde. En dat terwijl dat verhaal hier eigenlijk voor het oprapen lag. Dat heb ik inmiddels begrepen uit verscheidene reacties op mijn stukje van vorige week.
Allereerst is daar Gerard Metselaar uit Bloemendaal. Hij schrijft: ,,In het Haarlems Dagblad van dinsdag 9 december stelt Ko van Leeuwen de vraag: ’Waar zou die ’wonderboom’ nou precies hebben gestaan.’ Ko heeft de vraag zelf al min of meer beantwoord. Het was op een ’kloeken hofstede’, zegt hij. Op de originele tekening is Kloeken met een hoofdletter geschreven. De Kloeken-Hofstede is de oude naam van de hofstede Meer en Berg. De hofstede was eigendom van Allard Cloeck, schepen van Amsterdam, en een der stichters van de protestantse kerk in Bloemendaal.’’
Ook stadsgids Thon Fikkerman reageerde. Hij wijst op het boek ’Volksverhalen uit Noord- en Zuid-Holland’, samengesteld door Bert Sliggers onder redactie van dr.Tjaard W.R. de Haan. Daar is de geschiedenis van het Bloemendaalse ’wonder’ onderdeel van het verhaal ’De groenteman van Bloemendaal’. Ook de afbeelding van de figuren die in de zaagsneden van de tak van de appelboom werden aangetroffen, staan er in afgebeeld.
Bijzonder is de reactie van Maarten Brock, communicatieman bij het Noord-Hollands Archief, dat zoals u waarschijnlijk weet, een schitterend onderkomen heeft gevonden in Haarlems oudste nog bestaande kerk, de Janskerk. Verwart u de Janskerk niet met de Sint Josephkerk, die daar recht tegenover staat en die nog in gebruik is voor de Rooms Katholieke eredienst.
Maarten wijst mij voor meer informatie op het boek ’Bloemendaal 350 jaar kerk en dorp’ van Bert Sliggers uit 1986. Op bladzijde 17 staat daar te lezen: : ’En wat te denken van het Bloemendaalse wonder op oudejaarsdag 1627, toen de knecht Aert Meesz. op de Cloeckenhofstede, het latere Meerenberg, bij het doorzagen van een appelboom in de schijven religieuze figuren en muziekinstrumenten, gebruikt bij de katholieke eredienst, aantrof.
In dat jaar woedde in deze streken de Tachtigjarige Oorlog nog in volle hevigheid waarbij onder meer de vrijheid van godsdienst op het spel stond. Terwijl het protestantisme vaste voet leek te krijgen, bleef de groep rooms-katholieken reikhalzend uitzien naar steun, zo zelfs dat vergezochte indicaties werden geïnterpreteerd als tekenen van een bovenaards ingrijpen ten gunste van het gezag uit Rome.
Men meende namelijk op de door Aert gevonden boomstronk bisschoppen, de Heilige Maagd, monniken, muziekinstrumenten en zelfs een keizerlijke kroon met scepter en twee ineengeslagen rechterhanden te ontwaren. Van heinde en ver stroomde het bezoek toe en typisch Hollands zakelijk hief de eigenaar van dit mirakel entree, zodat de opbrengst op één dag 50 gulden bedroeg, een fors bedrag in die tijd.’
Het bericht over de appelboom is te vinden in brieven die Jansenius (1585-1635), die eigenlijk Cornelis Jansen heette, schreef aan zijn vriend, de abt van Saint Cyram. Deze godgeleerde en bisschop was de stichter van de zogeheten Jansenisme, dat diep ingaat op de genadeleer van St. Augustinus.
Nog interessanter is dat Maarten Brock mij laat weten dat in 2007 ter afronding van de restauratie en verbouwing van de Janskerk een nieuw koorhek werd geplaatst. De Janskerk is overigens niet genoemd naar Jansenius, maar naar de Jansheren, wier verhaal begint bij de eerste kruistocht naar Jerusalem, in 1099.
Dat nieuwe koorhek is ontworpen door de uit Mexico afkomstige kunstenares met de luisterrijke naam Mariana Castillo Deball. Het bijzondere is nu dat de kunstenares zich bij haar ontwerp heeft laten inspireren door de gravure die Pieter Saenredam maakte van de figuren die in de zaagsneden van de appelboom werden aangetroffen.
Ik ben gaan kijken en inderdaad. Mariana Castillo Deball heeft die figuurtjes uit een houten paneel laten zagen. Ze liggen vlak ernaast tussen een glasgedeelte van het schitterende koorhek opgestapeld. Het is een vernuftig ontwerp, waardoor het wonder van Bloemendaal in Haarlem mag voortleven.
Eigenlijk is er sprake van een combinatie van inspiraties. De kunstenares liet zich namelijk ook inspireren door een enorme ’jigsaw’ puzzel, een legpuzzel uit omstreeks 1750, die zij tegenkwam in het Noord-Hollands Archief. De figuurtjes die uit het houten paneel gezaagd zijn, passen inderdaad als een legpuzzel op hun oorspronkelijke plaats.
Dit lijkt een welhaast magische bekroning van de renovatie van dit eeuwenoude kerkcomplex, waar u momenteel ook nog de leuke tentoonstelling ’Kan weg’ over alledaags drukwerk, kunt gaan zien. Bekijkt u dan meteen dat monumentale koorhek waarin het ’Wonder van Bloemendaal’ voortleeft.

bron Haarlems Dagblad, 16 december 2008