Testament Jacob Cloeck (1709)

Transcriptie: Leo Wensveen,

Op Huijden den 22e July 1709 Comp[areer]den voor my Paulus van Liender Openb[aa]r Not[ari]s by den Ed. Hoove Provintiael van Utrecht ende de Ed. Aght[bar]e Heeren Borgermeesteren ende Vroedschappe derselver Stad (alwaer residerende ben) geadtmitteert in praesentie vande nabes[chreven] getuygen de Heer Jacob Cloeck ende Vro[uw]e Johanna Morgenstern eghtel[ieden] beijde mij Not[ari]s bekent. Den Heer Comp[ara]nt sieckelyck te bedde leggende, ende de Vro[uw]e Comp[ara]nte gesonth van lichaem met ons gaende en staende. Dogh eghter den Heere Comp[ara]nt benevens de Vro[uw]e Comp[ara]nte haerlieden memorie redenen en verstand hebbende ende gebruyckende als openlyck bleeck, dewelcke overdenckende de Brosheyd van ’s menschenleevens, de seeckerheyd des doods, ende datter niets onseeckerder was, dan ure van dien, ende willende die onseeckere ure voorkomen, met haeren navolgende dispositie, in craghte van[de] Octroije by haer Ed. op heden van gem[eld]e Ed. Here geobteneert. Soo was ’t dat syl[ieden] Heer en Vro[uw]e Comp[ara]nten bij deesen voor eerst verklaerden te revoceren dood ende teniet te doen alle haer voorgaende testamenten en makingen geene van dien uytgesondert, hoe off waer ter plaetse deselve ook moghte weesen gepasseert off gemaekt, als willende en begeerende dat alle tesamen off yder van dien sullen weesen nul egeen van onwaerden, en als off die noyt waeren gepasseert geweest, en komende tot nieuwe dispositie (alsoo de Heer en Vro[uw]e Comp[ara]nten geen andere goederen hebben nogh besitten dan sylieden met den anderen staende huwelyck hebben geconquesteert. Soo was ‘t dat sylieden malkanderen over en weeder waeren instituerende nominerende en stellende tot Erfgenaem in haerliedens boedels en nalatenschap, sulx de langstlevende van haer Comp[ara]nten in vollen Eygendom sal hebben en behouden alle haeren inboedel en Huijsraed, mitsgaders alle soodanige goederen als bevonden sullen worden staende Huwelyck by haer geconquesteert en gewonnen te syn, mits gaders verders alle anders daaromtrent het gunt de eerst stervende eenighsints metter dood sal komen te ontruymen en nae selve aen omme alle het selve by de langstlevende in vollen Eygendom geprofiteert, genooten ende nae sigh genomen, en behouden te worden, alle hetselve en yder van dien de langst levende van haer Comp[ara]nten by deesen hy uyterste wille in Eygendom bespreeckende en maeckende, en dat in Conformite van het eerste ar[tike]l van de verklaeringe van haer Ed. Mog. over eenige ar[tike]len van d’Ord[onnan]tie decisoir van dato den 18 Ja[nua]ry 1700, ende dit alles met volkomen preteritie en voorby ganingh van haeren Comp[ara]ten naeste vrienden aen weedersyden, alsoo sylieden Comp[ara]nten niet willen mogen begeeren dat deselve off ymand van haeren ijets van der Comp[ara]nten boedel off nalatenschap sullen Erven genieten off profiteren, ’t welcke alsoo sijnde den Heer en Vro[uw]e Comp[ara]nten laetste en uijterste wille sy begeerde dat na haeren dood sal worden aghtervolgd het sy als Testament Codicil gifte onder de levende ofte uyt saecke des doods ofte soo als het selve best sal konnen bestaen, al waeren alle noodige solemnityten in desen gerequireert niet geobserveert versoeckende hier van Instrument in forma hetwelck by deesen verleent is aldus gedaen en gepass[eer]t ten woonhuise van de Heer en Vro[uw]e Comp[ara]nten alhier in de witte vrouwen straet ter presentie van de Heer Elbert Fransse, ende Jacob Vreem Clercq mijns Not[ari]s als getuygen van competenten ouderdom hier toe specialyk versoght.

J. Cloeck
Johana Morgenstern
J. Vreem
E. Franszen
P. v. Liender
Not[ari]s.



1704 Dagregister gehouden bij den lieutenant JACOB CLOEK en ondercoopman Abraham Patras vervattende het voorgevallene geduurende hunne reijse na Pattanij, Weda en Maba en het extirperen der specerij boomen, ter gemelte plaatsen beginnende den 24 Junij 1704 en eijndigende den 8 februarij deses jaars 1705 (ontvangen den 8 October 1705 per de fluijt Peperboom). NA 1.04.02 8074 Ternate 201-534
1709 Translaat van een Maleijds geschrift bij forma van relaas, door den coning van Manganitou den 2 Julij 1709 aan de gouverneur JACOB CLOEK overgeleverd wegens een ontstane tumult in sijne negorije etcetera (ontfangen den 7 November 1709 per de fluijt de Berkel). NA 1.04.02 8078 Ternate 1 173-178
1714 Dagregister gehouden ten Casteele Orange door den provisioneelen gesaghebber JACOB CLOEK apart sedert den 21 September 1714 tot den 9 junij 1715 (ontfangen den 22 Augustus 1715 per de fluijt Overnes). NA 1.04.02 8083 Ternate 2 6-13
1715 Missive van den provisioneelen gesaghebber JACOB CLOEK in Ternate aan haar Eds. De hooge regeeringe van India tot Batavia gedateerd den 12 Jij 1715 (ontfangen den 22 Augustus 1715 per de fluijt Overnes). NA 1.04.02 8083 Ternate 2 2-6
1723 Originele briefje van de heren Anthonij Heinsius afgaende en JACOB CLOEK g’eligeerd gouverneur en directeurs met de raed in Ternate, aen haer Eds. Den gouverneurs generaal en de raden van India tot Batavia, gedateert den 27 April 1723 (ontvangen den 10 Junij 1723 per de chialoup van de Chinees Lim Him Lauwt). NA 1.04.02 8091 Ternate 1-3.
1723 Copia memoria naer gelaten door de gouverneur Anthonij Heinsius aan sijn edele vervanger den g’eligeert gouverneur van Ternate JACOB CLOEK gedateert den 31 Maij 1723 (ontfangen den 21 Augustus 1723 per het schip de Kiefhoek). NA 1.04.02 8091 Ternate 105-153


einde tekst